Maarn en Maarsbergen zijn boomrijke dorpskernen. In deze novembermaand zet ik, Gerda Schregardus, bermen met opvallende herfstbomen in het voetlicht. Leest u mee?
Heeft u die grote glimmende bruine kastanjes in de berm zien liggen? Ik wel! En elk jaar raap ik die mooie kastanjes op. De paardenkastanjes leg ik gewoon op tafel of in een glazen vaas op de vensterbank. Jonge kinderen maken er wel super leuke decoratieve figuren van. De tamme kastanjes peuzel ik tijdens mijn wandelingen lekker op. Met schoolkinderen is het heerlijk om deze te pellen en ze allemaal een stukje te laten proeven. Bijna altijd smaakt het naar meer. Maar ook geroosterd of gepoft zijn ze lekker en gezond. Voor de kleine knaagdieren is de kastanje een belangrijke
voedselbron in de herfst en winter.
De vruchten herken je op de grond door de stekelige bolsters waarin de kastanjes zitten. De tamme kastanje heeft veel lange stekelige naalden zoals een egel. De paardenkastanje heeft enkele korte stekels aan de bolster. Kijk dus uit de bolsters prikken!
Aan het begin van de kastanjelaan (bij het oude Raadhuis in Maarn) staan een paar paardenkastanjebomen. In de herfst ligt de weg dan vaak helemaal vol met kapot gereden vruchten. Waarom heet deze boom paardenkastanje? De Romeinen hebben deze boom meegenomen, zodat de paarden voedsel hadden. Voor ons smaakt de paardenkastanje te bitter.
De tamme kastanjes worden hier ook wel makke Jannen of makkie Jannen genoemd. In de bermen heb ik deze boom niet gezien, maar in de kastanjelaan in de bocht bij de bosrand staat een tamme kastanjeboom.
Treevember: november is dé maand om bomen te planten. Tip: stop een kastanje in de grond of een potje en de kans is groot dat er volgende jaar een groene scheut van een jong boompje tevoorschijn komt. Dit is dan het begin van een voedselbosje. Veel plezier!
Comments